Klimaatverandering maakt Indiase moesson onvoorspelbaar

Indiase boeren beginnen al te vrezen dat ze weer op een droogteramp afstevenen. Volgens de Indiase minister voor Wetenschap en Technologie, Prithviraj Chauhan, dreigt er tussen juni en september maar 93 procent van de hoeveelheid regen te vallen die nodig is om belangrijke gewassen als rijst, suikerriet en oliehoudende zaden tot volle wasdom te brengen.

Landbouw blijft belangrijk voor Indiase economie

Slecht nieuws dus voor de boeren, maar ook voor de rest van het land. Een goede oogst had immers de verliezen enigszins kunnen compenseren die de Indiase industrie lijdt door de internationale economische crisis.
In 2002, toen grote delen van India de laatste keer met een zware droogte af te rekenen kregen, viel de economische groei in het land terug tot 4 procent. In 2003 viel er veel meer regen dan in 2002, en prompt schoot de groei omhoog naar 8,5 procent.  Dat illustreert hoe belangrijk de landbouw nog is voor India, en hoe cruciaal een goede moesson is voor de Indiase landbouw. Amper een 40 procent van het Indiase landbouwareaal wordt geïrrigeerd. De overige akkers en weiden moeten het hebben van de regen.
 
Indiase experts durven nog niet te beweren dat de slechte moesson van dit jaar iets te maken heeft met de klimaatverandering. Maar ze geloven wel dat weersvoorspelling er moeilijker door wordt. “Er zijn steeds meer aanwijzingen dat de klimaatverandering de moessons minder voorspelbaar maakt en gebeurtenissen als overstromingen en droogte ernstiger maakt”, zegt Vinuta Gopal van Greenpeace India.
“De modellen van de IMD laten geen accurate voorspellingen toe”, stelt Gopal. “Boeren kunnen er dus niet op vertrouwen om te bepalen wanneer ze zullen zaaien en oogsten. Boeren waarmee we spraken in Kerala, Tamil Nadu, Andhra Pradesh en Karnataka vertelden ons ook dat de traditionele voorspellingsmethodes niet langer betrouwbaar zijn.”
“De zomermoesson blijft een complex en mysterieus verschijnsel”, zegt Pradhan Parth Sarthi, een klimaatwetenschapper van het prestigieuze Instituut voor Energie-onderzoek. “Als we de gegevens van de voorbije honderd jaar bekijken, zien we wel dat sommige gebieden tijdens de moesson met steeds meer hevige regenval af te rekenen krijgen, terwijl het in andere gebieden steeds langer weinig regent. Statistisch gezien compenseren die twee verschijnselen elkaar, maar de gewone landbouw kan er wel door verstoord raken.”

El Niño

Volgens Sarthi is het gebrek aan regen in juni te wijten aan El Niño, een abnormale stijging van de temperatuur van het oppervlaktewater in het evenaarsgebied van de Stille Oceaan die het weer in verschillende continenten ontregelt. “We wisten al dat El Niño droogtes kan veroorzaken, en er is een goede kans dat de opwarming van de aarde dergelijke extreme weersituaties kan verergeren. We hopen dat de situatie zich weer normaliseert in juli. Dat is de belangrijkste regenmaand, en dan kan El Niño alweer verzwakken”.
Ook het VN-Klimaatpanel zegt dat er aanwijzingen zijn dat El Niño vaker optreedt en steeds sterker wordt, en dat het effect na het hoogtepunt niet langer helemaal verdwijnt.
Greenpeace-medewerker Gopal maakt zich vooral zorgen omdat de afwijkende weerpatronen steeds minder ophef maken, ondanks het feit dat India de voorbije jaren met echte catastrofes werd geconfronteerd. In 2006 viel er in de woestijnstaat Rajasthan ongewoon veel regen, wat tot overstromingen en ziekten leidde. In juli 2005 kostten wolkbreuken en overstromingen in Mumbai aan honderden mensen het leven, terwijl er voor miljarden euro schade werd aangericht. In het zuiden van India stierven meer dan 1000 mensen door overstromingen die de ongewoon sterke moesson daar had veroorzaakt. Dit jaar verwoestte de cycloon Aila belangrijke kustgebieden in het naburige Bangladsh, waardoor 24.000 mensen hun huizen verloren.
Het klimaatpanel van de VN voorspelde in 2007 dat de opwarming van de aarde de zomerse neerslag in India zal doen toenemen. Die toename zal waarschijnlijk ongelijk verdeeld zijn, waardoor sommige gebieden met watersnood te maken zullen krijgen, terwijl andere streken te weinig water zullen krijgen.