'Belgische economie hangt voor 75 procent af van handel over zee’

Midden februari vertrekt het Belgische fregat Leopold I voor een tweede missie naar Libanon. En na de zomer bindt de Louise Marie voor de kusten van Somalië de strijd aan met piraterij. MO* sprak met divisie-admiraal Jean-Paul Robyns, commandant van de Belgische marine over cocaïnetrafiek, nucleaire onderzeeboten en spionage in de haven.

  • Filip Claessens Admiraal Robyns: 'Koopvaardij wordt ingezet om te spioneren' Filip Claessens

DREIGING IN LIBANON

Met een staf van dertig man meert de Leopold I eind februari aan in Libanon. Wat gaat de Belgische marine er precies doen?
Robyns:
België neemt er het commando over van de Unifil Maritime-taskforce en krijgt het bevel over meer dan tien schepen uit verschillende landen. In Libanon komen er dit jaar een paar cruciale momenten aan, waaronder de parlementsverkiezingen in juni. Tijdens die piekmomenten kunnen we een grotere dreiging verwachten. Er kunnen dingen gebeuren, maar daarom zijn we er net.

Op welke manier verzekert de Unifil-aanwezigheid dan precies de veiligheid?
Robyns:
Het eerste doel van de Unifil Maritime-operatie is binnenkomend scheepsverkeer controleren. Voor de kusten van Libanon is er een enorme zone afgebakend. Alle schepen die naar Libanon gaan, moeten via corridors passeren. In eerste instantie worden ze daar via radiocontact ondervraagd door fregatten zoals de Leopold I. Welk schip komt eraan? Wat is de lading? Een hele checklist wordt afgelopen. Als we zeker zijn dat het schip veilig is, wordt het door patrouilleschepen verder begeleid. Vervolgens is het aan de Libanese marine om het schip al dan niet in de haven toe te laten. De controles zijn vooral gericht tegen illegale wapenhandel.

Verder bewaken jullie ook mee het luchtruim boven Libanon?
Robyns:
Klopt. Met een fregat kun je een zone bijna zo groot als België in het oog houden. Alle toestellen die de zone binnenvliegen, worden met de scheepsradar gecontroleerd. Israël probeert continu, het gaat het luchtruim net in en er vervolgens direct weer uit. Om te kijken of iedereen wel alert blijft. Tijdens onze missie vorig jaar in Libanon zijn er wat incidenten geweest in het luchtruim, waarbij air violations zijn vastgesteld. Maar er is geen vuur geopend.

ZEEROVERS EN HUURLINGEN

Voor de kusten van Somalië wacht de Belgische marine een heel andere opdracht: jullie gaan de jacht openen op piraten…
Robyns:
Begin december zette de VN-Veiligheidsraad het licht op groen voor een internationale operatie tegen piraterij voor de Somalische kusten. In dat kader neemt de Louise Marie deel aan Atalanta, de eerste maritieme militaire operatie van de Europese Unie. Het fregat zal er samen met andere schepen, patrouillevliegtuigen en helikopters een zone nabij de Somalische kust bewaken. Al het scheepsverkeer kan door een corridor passeren, waarbinnen we eventueel bescherming kunnen bieden onder de vorm van escorte. Onder meer de schepen van het World Food Programma zullen we beveiligen.

Schepen beschermen is één ding, maar los je zo het piraterijprobleem wel op?
Robyns:
Wij kunnen enkel pleisters op een houten been kleven. Wanneer we na een jaar weg zijn, kunnen piraten makkelijk herbeginnen. Het komt erop aan het fenomeen aan de wortel aan te pakken. En dat doe je niet op zee, maar aan wal. Er moet dus ook diplomatiek gewerkt worden om een oplossing te vinden voor de situatie in Puntland (betwist gebied binnen Somalië en thuisbasis van het gros van de piraten, kc). Maar Somalië is een land zonder functionerende overheid en dat maakt het fenomeen zeer moeilijk.

Private military companies (pmc’s) hebben in de beveiliging van schepen tegen piraterij een nieuwe lucratieve business gevonden. Stel dat Belgische mariniers oog in oog komen te staan met die “moderne huurlingen”, hoe moeten ze dan reageren?
Robyns:
Pmc’s erkennen wij niet. Pmc’s inhuren om koopvaardij te beschermen, is het slechtste dat kan gebeuren. Vergeet niet dat destijds in Somalië de islamitische rechtbanken pmc’s hebben aangetrokken om een kustwacht op te starten. Wat sommige Somali’s toen van die bedrijven hebben geleerd, gebruiken ze nu om piratenstreken uit te halen.

Atalanta is de eerste EU-missie op zee. Is dat symbolisch belangrijk?
Robyns:
Ik vind het persoonlijk enorm belangrijk. Het was tijd dat de EU iets ging doen op zee. En ik vind dat het een operatie op maat gesneden is van de EU. Nog belangrijker is dat het commando genomen wordt door een Britse admiraal –u weet dat de Britten altijd de boot hebben afgehouden wat de EU betreft. Nu merken we dat de Britten een switch naar de EU maken, en dat vind ik fantastisch.


SPIONNEN IN DE HAVEN

De Belgische marine heeft uiteraard niet enkel internationale opdrachten. Wat doen jullie precies voor de Belgische kust?
Robyns:
We staan mee in voor de veiligheid. Op onze marinebasis in Zeebrugge is er een informatiekruispunt, waar we samen met de douane en politie continue de Noordzee afspeuren: wat gebeurt er, wat passeert er, wat zit er aan boord en wat zou eventueel een dreiging kunnen zijn. Dat kan bijvoorbeeld slaan op illegale transporten –wapens, drugs, mensenhandel– of illegale visserij. Alle aspecten van wat illegaal is op zee nemen samen met de politie en douane voor onze rekening. Tezelfdertijd houden wij ook een oogje in het zeil voor wat de havens betreft.

Hoe belangrijk zijn de havens voor België?
Robyns:
Onze economie hangt voor 75 procent af van de handel over zee. Die passeert hoofdzakelijk via Antwerpen, Zeebrugge en een aantal kleinere havens. Moesten die havens komen stil te liggen, dan ligt onze economie binnen de kortste keren totaal op zijn gat –zeker in Vlaanderen.

Tonen buitenlandse inlichtingendiensten belangstelling voor de havens van Antwerpen en Zeebrugge?
Robyns:
Dat is duidelijk. Ik ben er zeker van dat dat gebeurt. Sommige landen zetten hun koopvaardij in om inlichtingen in te winnen. De koopvaardij krijgt de opdracht om aan economische spionage te doen: “Kijk eens wat daar toekomt. Hoeveel komt er toe, wat precies, hoe ligt het daar, hoe wordt het verhandeld?” Dat is duidelijk. Ik denk trouwens dat Antwerpen en Zeebrugge zich daar goed van bewust zijn. Maar ik denk niet dat het direct een impact heeft op wat in Antwerpen en Zeebrugge gebeurt.

In een interview met MO* liet Alain Winants (chef Staatsveiligheid) weten dat de Russische inlichtingenactiviteiten exponentieel zijn toegenomen. Ook in de havens van Antwerpen en Zeebrugge?
Robyns:
Dat kan ik met mijn bronnen niet bevestigen.

Vindt u het een domme vraag?
Robyns:
Neen. Maar ik heb niet de middelen om me daar concreet van te vergewissen. Ik zou het ook niet merken. Ik ben er wel van overtuigd dat het wel degelijk gebeurt. Meer dan vroeger? Ik weet het niet. Want er zijn tegenwoordig zoveel middelen om te weten wat er hier binnenkomt, dat ik me moeilijk kan inbeelden dat er hier zomaar een paar Russen zouden rondlopen om containers te tellen. Ik denk dat er andere middelen zijn.


COCAÏNETRAFIEK

U gaf al aan dat de marine een rol speelt in de strijd tegen drugstrafiek. Een drug die opgang heeft gemaakt in West-Europa is cocaïne. Via welke routes belandt het witte poeder in België?
Robyns:
Negen op tien keer is dat maritiem: via schepen geraakt de cocaïne in België, heel dikwijls via de haven van Antwerpen. Die staat trouwens bekend als een draaischijf, net als Rotterdam. Het zou zinsbedrog zijn te zeggen dat je alle trafiek kan stoppen. Daarvoor heb je honderden fregatten nodig. Wat we doen, is zorgen dat er een aanwezigheid is zodat je een ontradend effect krijgt. We proberen de trafiek zoveel mogelijk te stoppen maar volledig stoppen, dat kan nooit. We weten dat er zeker zijn die door de mazen van het net glippen. Dat hoeft geen betoog.

Hoeveel ton cocaïne schat u dat elk jaar in Antwerpen toekomt?
Robyns:
Ik ken de cijfers niet vanbuiten, maar het gaat om ettelijke tonnen per jaar.

Je leest toch nooit dat in Antwerpen ettelijke tonnen toekomen. Betekent dat dat de douane al die tonnen niet in beslag heeft kunnen nemen?
Robyns:
We weten dat ze op de markt zijn, ze komen ergens vandaan. Ze worden niet allemaal geproduceerd in België.

Heeft de douane dan te weinig middelen –er komen tenslotte miljoenen containers toe in de haven van Antwerpen.
Robyns:
Net zoals wij niet kunnen beschikken over honderden fregatten, kunnen de douane en politie ook niet beschikken over honderdduizenden personeelsleden. Elk land doet zijn best om het fenomeen zoveel mogelijk in te dijken.


HAANTJESGEDRAG

Opkomende machten als Rusland, India en China zijn steeds prominenter aanwezig op het wereldtoneel. Ook op zee?
Robyns:
Een hele tijd geleden heb ik de Chinese marine bezocht; die was toen nog relatief klein maar is nu spectaculair aan het groeien. China wil een speler van belang zijn, ook op de oceanen. Het heeft zijn eigen gevoelige gebieden, denk maar aan Taiwan en Japan. Tijdens de Taiwan-crisis was de Chinese vloot massaal op zee aanwezig.

Merkt u op zee ook iets van China’s toegenomen interesse voor Afrika?
Robyns:
Ook voor de Afrikaanse kusten is China steeds meer actief, zij het niet militair. Wel met handelsvloten. Voor de westkust van Afrika hebben veel landen last van de Chinese visserij, die overal zonder toestemming aanwezig is –zelfs in territoriale wateren. Maar de landen in kwestie hebben niet de middelen om er tegen te reageren.

Speelt India mee op de wereldzeeën?
Robyns:
Absoluut. Eind vorig jaar heeft de Indiase marine ingegrepen in een piraterijzaak, op eigen houtje, zonder vraag van wie dan ook. Het is misschien haantjesgedrag, maar ze kunnen het écht. India heeft een verdomd goede marine. En ik denk dat die in de komende jaren meer en meer aan belang gaat winnen. India, China, Brazilië, dat zijn de spelers waar we in de toekomst rekening mee zullen moeten houden. De kunst is je invloedssfeer zo groot mogelijk te maken zonder anderen tegen je in het harnas te jagen. Ik denk dat India daar wel in slaagt. Of China dat zal blijven doen, weet ik niet.

Welke wateren zijn vanuit geopolitiek opzicht gevoelig?
Robyns:
In november vorig jaar hielden Russische oorlogsschepen een oefening voor de kust van Venezuela. Dat bekijken we met argusogen. Wat zijn de gevolgen voor Noord-Amerika en Zuid-Amerika, maar ook voor Nederland, dat in die zone opereert en waarmee de Belgische marine voltijds samenwerkt? Ongeveer een jaar geleden was er een grote oefening in die zone, waar wij ook met een schip aan hebben deelgenomen. We moeten goed opletten dat we niet in elkaars vaarwater komen.

Hoe delicaat is de situatie in de Zwarte Zee?
Robyns:
Laat het me zo zeggen: je voelt in vergaderingen van marines dat je met zones zoals bijvoorbeeld de Zwarte Zee altijd op je tenen moet lopen omdat het diplomatiek nog altijd zeer gevoelig ligt, gezien de aanwezigheid van bepaalde landen in de regio. Sommige landen rond de Zwarte Zee willen dat er Navo-schepen aanwezig zijn, andere net niet. Begin vorig jaar is er nog een Navo taskforce geweest. Af en toe wil de Navo haar vlag tonen in die zone.

De VS hebben hun Vierde Vloot opnieuw naar de kusten van Zuid-Amerika gestuurd. Hoe belangrijk is die stap?
Robyns:
Dat is een kwestie van defense diplomacy. De VS tonen: “We zijn nog altijd een wereldmacht. We slagen er nog altijd in onze marine overal te plaatsen. Houd rekening met ons.” Zo wordt het letterlijk vertaald door de US Navy.


DE GEHEIME WERELD VAN ONDERZEEBOTEN

Spelen onderzeeboten anno 2009 nog steeds een belangrijke rol op militair vlak?
Robyns:
Je moet een onderscheid maken tussen twee types. Enerzijds heb je nucleaire subs, die ballistische missiles kunnen lanceren. Zo zijn er naar schatting een honderdtal. Ze kunnen zich overal ter wereld bevinden, op elk moment. Er zijn vaste plaatsen voor onderzeeboten met ballistische tuigen –dat weet iedereen. Hoe moet je zo iets in rekening brengen, als je niet weet waar de mogelijke vijand zit? Je probeert ze te ontdekken. En hoe doe je dat? Het beste middel is nog altijd met andere onderzeeboten. De wereld van nucleaire onderzeeboten blijft een stille wereld, letterlijk en figuurlijk. Omdat het echt “secret secret” is. Bij mijn weten zijn er geen landen die daarover zomaar gegevens zullen laten uitlekken. Daarom kan je er niet veel over vertellen. Je weet dat ze er zijn en je weet dat er dreiging is.

De andere categorie zijn de conventionele onderzeeboten. Hoeveel bestaan er daarvan?
Robyns:
Zowat een 500-tal. Hun rol is enigszins veranderd. Tijdens de Koude Oorlog was het hoofddoel van zo’n conventionele onderzeeboot het aanvallen en kelderen van schepen. Vandaag is hun voornaamste taak intelligence: afluisteren; het aan land plaatsen van special forces; opereren dichtbij of voor de kusten, of op belangrijke scheepvaartroutes, om te zien wat er passeert, wat er binnen- en buiten gaat, wat er gebeurt…

Bedankt voor het gesprek, admiraal.

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2781   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Met de steun van

 2781  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.