China haalt wisselkoerswapen boven

Volgens de Chinese regering is de daling van de nationale munt helemaal niet geregisseerd en is er sprake van pure marktwerking.
Barack Obama, de toekomstige president van de VS, beschuldigde China er tijdens zijn verkiezingscampagne meerdere keren van de renminbi kunstmatig laag te houden. Heel wat waarnemers denken dat China, net als de Verenigde Staten in de jaren dertig van de vorige eeuw, probeert de gevolgen van de internationale economische crisis in eigen land tot een minimum te beperken door zoveel mogelijk te exporteren.
Michael Pettis, een professor aan de universiteit van Peking, ziet veel overeenkomsten tussen de keuzes die de Chinese overheid op dit moment maakt en de manier waarop de Verenigde Staten in de jaren dertig van de vorige eeuw omging met de toenmalige economische crisis. Financiële steun aan de exportindustrie, het controleren van de renminbi zodat deze niet verder aan waarde wint ten opzichte van de dollar: volgens Pettis zijn het duidelijke tekenen dat China kiest voor een strategie om de crisis te lijf te gaan door de export te vergroten.
In de dagen voorafgaand aan de koersdaling namen de speculaties toe dat China een nieuw wisselkoersbeleid zou gaan voeren. Zhou Xiaochuan, de gouverneur van de Chinese Centrale Bank, liet halverwege november al weten dat een afwaardering van de renminbi niet uitgesloten was als het economische klimaat er om zou vragen.

Chinese export heeft het zwaar

De afgelopen jaren heeft China de renminbi ten opzichte van de dollar licht laten stijgen. Het bezorgde de Chinese export een gevoelige dreun, terwijl die toch al te lijden had onder stijgende kosten en een afnemende vraag.
Nu raakt de economische crisis de Chinese export harder dan verwacht. Vooral het industriële Zuid-China kampt met fabriekssluitingen en groeiende werkeloosheid. De economische groei van China leunt sterk op export en te weinig op groei van de particuliere consumptie van de eigen bevolking. Hoewel Peking heeft geprobeerd om de binnenlandse consumptie aan te zwengelen, is de overheid daar nauwelijks in geslaagd. Volgens het ministerie van Handel zouden dalende exportcijfers kunnen leiden tot een steeds gecompliceerdere en onzekere situatie.

China moet niet denken dat een dergelijk beleid in het buitenland op sympathie kan rekenen.

Buitenlandse druk

Twee dagen achter elkaar daalde de waarde van de renminbi vorige week met de met de VS afgesproken limiet van 0,5 procent ten opzichte van de dollar. Omdat de koers van de Chinese munt nauwlettend gecontroleerd wordt vanuit Peking, komen dergelijke dalingen vrijwel nooit voor.
De plotselinge daling van de Chinese munt komt er nu de laatste ronde van het strategisch economisch overleg tussen China en de VS voor de deur staat. De Amerikaanse minister van financiën Henry Paulson heeft daar de taak om de druk op China verder op te voeren om de Chinese munt sneller te laten opwaarderen en zodoende het grote Chinese handelsoverschot aan te pakken. De druk die China’s handelspartners op het land uitoefenen is groot.
Westerse overheden en met name de Amerikaanse autoriteiten menen dat de lage koers van de renminbi leidt tot oneerlijke concurrentie.  In 1997, tijdens de Aziëcrisis, koos de Chinese overheid er voor om de waarde van de renminbi stabiel te houden. Het vertrouwen dat China hiermee verdiende dreigt het land nu weer kwijt te raken, als blijkt dat de Chinese autoriteiten de koers van de renminbi bewust laten dalen.
“China moet niet denken dat een dergelijk beleid in het buitenland op sympathie kan rekenen,” zegt Michael Pettis. “Het zou leiden tot sterke anti-Chinese sentimenten wereldwijd.”