De G-factor

Er bestaat een hele stoet G’s in de internationale politiek. Het verhaal achter deze landengroepen vertelt veel over de verschuivende machtsverhoudingen in de wereld. Van G10 tot G13: een wereld van verschil


De vaste waarden


De G10 is de oudste G. Ze ontstond in 1962 als een groep van tien rijke landen: België, Canada, Frankrijk, Duitsland, Italië, Japan, Nederland, het Verenigd Koninkrijk, de VS en Zweden –later voegde Zwitserland er zich als elfde bij. Het waren de landen die zich bereid verklaarden extra geld ter beschikking te stellen van het Internationaal Muntfonds (IMF), voor het geval andere landen om leningen verzochten.
In die zin zijn de G10 een beetje de “oude rijken” van de wereld; ze hadden lang geleden al geld genoeg. De G10 zegt nu vooral te overleggen en samen te werken in economische, monetaire en financiële aangelegenheden. Hun ministers van financiën en gouverneurs van de centrale bank ontmoeten elkaar jaarlijks op de herfsttop van het IMF. Ontmoetingen op lager niveau vinden twee tot vier keer per jaar plaats.
De G77 zag het daglicht in 1964, op de eerste ministerconferentie van de UNCTAD, de conferentie van de Verenigde Naties over Handel en Ontwikkeling. Het was het begin van de emancipatie van de ontwikkelingslanden, de meeste waren nog niet lang onafhankelijk. 77 ontwikkelingslanden eisten een nieuwe internationale arbeidsverdeling met een snelle industrialisering van het Zuiden.
Sindsdien is de G77, die ondertussen 130 leden telt, blijven optreden als de verdediger van de belangen van de ontwikkelingslanden. Dat ging vaak gepaard met verbaal geweld, te weinig met resultaten. Al in 1964 wilde de G77 dat het Noorden ermee ophield zijn markten af te schermen voor hun producten, dat het 1% van zijn inkomen aan ontwikkelingshulp gaf en grondstoffenakkoorden tekende die de ontwikkelingslanden stabiele en redelijke prijzen voor hun producten garandeerden.
De G24 ontstond in 1971 en is een soort afdeling van de G77 die de belangen van de ontwikkelingslanden verdedigt bij de Wereldbank en het IMF. Alle G77-leden mogen de vergaderingen van de G24 bijwonen als observator. De G24 telt 9 landen uit Afrika, 8 uit Latijns-Amerika en 7 uit Azië. China neemt deel als speciale genodigde.
De G7 is wellicht de meest gekende G. Deze groep van de zeven rijkste landen van de wereld werd in 1975 in het leven geroepen door de Franse president Valéry Giscard d’Estaing. Bedoeling was om in een informeel kader van gedachten te wisselen over de financieel-economische wereldproblemen.
Die waren er toen volop: de olieproducerende landen hadden plots hun olieprijzen verviervoudigd, wat de start van een economische recessie betekende. Het was een tijd waarin het Zuiden bij machte leek het Noorden pijn te doen. Aanvankelijk ging het om de G6, met Frankrijk, de VS, Japan, Duitsland, Groot-Brittannië en Italië. Vanaf 1978 kwam ook Canada erbij.
De G8 is de G7 plus Rusland. Nadat het communistische blok en de Sovjetunie in het begin van de jaren negentig in duigen vielen, werd Rusland meer en meer uitgenodigd voor het overleg van de G7. Het inkomen per hoofd ligt in Rusland veel lager dan in de G7-landen, maar het land bleef natuurlijk een militaire grootmacht. Bovendien gold het lidmaatschap aanvankelijk ook als een beloning voor de toenmalige Russische president Boris Yeltsin die nauw aanleunde bij het Westen.
De G9 wordt soms gebruikt om de G8 plus de vertegenwoordiger van de Europese Unie, die ook telkens aanwezig is op de G8-toppen, aan te duiden. (jvd)

Nieuwe tijden ?


De G20 stak voor het eerst de neus aan het venster in september 2003, op de WTO-ministerconferentie in het Mexicaanse Cancun. Daar legde deze groep van ontwikkelingslanden een voorstel op tafel over wat de rijke landen moeten doen om de handel in landbouwproducten te hervormen in het voordeel van de ontwikkelingslanden. Alle subsidies die de handel in landbouwproducten verstoren, moesten verminderen en voor de afschaffing van de exportsubsidies moest een einddatum worden gegeven.
De G20 telt ondertussen 23 leden: 5 uit Afrika (Egypte, Nigeria, Zuid-Afrika, Tanzania en Zimbabwe), 6 uit Azië (China, India, Indonesië, Pakistan, Filipijnen en Thailand) en 12 uit Latijns-Amerika (Argentinië, Bolivia, Brazilië, Chili, Cuba, Ecuador, Guatemala, Mexico, Paraguay, Peru, Uruguay and Venezuela).
Ze staan voor 60 procent van de wereldbevolking, 70 procent van ’s werelds plattelandsbevolking en 26 procent van de landbouwexport. Sinds 2003 is de G20 een centrale actor in de WTO-onderhandelingen en een symbool van de opkomende macht van de ontwikkelingslanden: de rijke landen weten dat er geen WTO-akkoord komt op andere terreinen als de ontwikkelingslanden hun zin niet krijgen inzake landbouw.
Eigenlijk brengt de G20 sommige eisen uit de UNCTAD in een concrete vorm naar de WTO, nu het centrale onderhandelingsforum voor economische thema’s. Daardoor hebben we de voorbije jaren een proliferatie van G’s in de WTO gezien.
De G33 is een groep van ondertussen 41 ontwikkelingslanden die in de WTO-arena speciale bescherming van hun eigen landbouwmarkten eisen. Sterke landbouwproducenten uit het Zuiden zoals Brazilië en Thailand zijn er niet bij.
Tot slot hebben de Minst Ontwikkelde Landen zich verenigd met een aantal andere landen uit Afrika, de Caraïben en de Stille Oceaan tot de G90. Dit zijn zwakkere en kleinere landen die ook weer samen hun belangen verdedigen in de WTO. De G90, G33 en G20 verdedigen allemaal de belangen van de ontwikkelingslanden, maar er zijn ook tegenstellingen: de vraag is of de grote jongens rekening zullen houden met de zwakkere landen.
De G4 slaat op de VS, de EU, Brazilië en India. De term is nog niet zo bekend omdat hij nog maar kort wordt gebruikt en uitsluitend in het WTO-kader. De G4 bevestigt de emancipatie van de ontwikkelingslanden in de WTO. Hij komt een beetje in de plaats van de vroegere Quad – de VS, de EU, Japan en Canada.
Vroeger domineerde die Quad de WTO-onderhandelingen: als zij het eens waren, was er een akkoord. Dat is niet langer het geval. In de ministerconferenties van 1999, 2003 en 2005 bewezen de ontwikkelingslanden dat ze niet langer akkoorden aanvaarden die hen niet zinnen. Brazilië en India traden daarbij heel dikwijls op als woordvoerders van de ontwikkelingslanden. Sindsdien ontmoeten de twee zwaargewichten van de wereldhandel, de VS en de EU, van tijd tot tijd Brazilië en India, om vooruitgang te realiseren in de moeilijk lopende Doha-ontwikkelingsronde. Andere ontwikkelingslanden contesteren de G4 als niet representatief.
De G5 wordt sinds enkele jaren gebruikt in het kader van de G8-bijeenkomsten. De G5 staat voor China, India, Brazilië, Zuid-Afrika en Mexico. Omdat de wereld niet meer te besturen is zonder de (grote) ontwikkelingslanden, worden ze geregeld uitgenodigd om een deel van de G8 bij te wonen.
In Heiligendamm was dat het geval voor een bespreking van de klimaatverandering. Daarmee erkent de G8 dat ze bepaalde zaken niet langer op hun eentje kunnen regelen. De Franse president Nicolas Sarkozy stelde onlangs voor de G8 permanent uit te breiden tot een G13. (jvd)
www.g24.org

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2798   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Over de auteur

Met de steun van

 2798  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.