‘Het Colombiaanse conflict moet een plaats krijgen op de internationale agenda’

Op 21 oktober besloot Morris zijn land te verlaten. De intimidaties en doodsbedreigingen kwamen te gruwelijk dichtbij. De Colombiaanse grond kan voor Morris immers nog heet onder de voeten worden want op dit moment bereidt Contravía nieuwe afleveringen voor over massagraven waarin paramilitairen hun slachtoffers achterlieten.
Hollman Morris is directeur en presentator van het ophefmakende onderzoeksprogramma Contravía (“Tegen de stroom in”). Al sinds 2003 kiest hij ervoor speciaal die mensen in beeld te brengen die slachtoffer werden van het gewapend conflict: Afro-Colombianen,  vluchtelingen, boeren, vrouwen en inheemse gemeenschappen. Op 26 september ontving hij van een paramilitaire groepering die zichzelf het Nationaal Patriotisch Front noemt, een email met de boodschap dat hij bij een tombola een doodskist gewonnen had, omwille van zijn banden met de guerrilla en zijn antipatriotische houding. De volgende dag was er een nieuwe mail met een foto van hem waarover een kruis stond, met daarbij de boodschap: vier, drie, twee…bijna!”. Op 21 oktober besloot Morris zijn land te verlaten. De intimidaties en doodsbedreigingen kwamen te gruwelijk dichtbij. De Colombiaanse grond kan voor Morris immers nog heet onder de voeten worden want op dit moment bereidt Contravía nieuwe afleveringen voor over massagraven waarin paramilitairen hun slachtoffers achterlieten.
Hollman Morris is geen onopgemerkte figuur. Hij ontving de twee belangrijkste persprijzen in Colombia, de internationale prijs voor de vrije pers van de Canadese Journalisten en de prijs van Human Rights Watch. In 2003 koos de Europese Unie –als onderdeel van haar Andes Programma voor Democratie en Mensenrechten- samen met belangrijke sociale en mensenrechtenorganisaties in Colombia “Morris Producties” uit om een nationaal televisieprogramma te maken ter bevordering van de democratie en respect voor de mensenrechten. Dat werd Contravía, als alternatief voor de mainstream pers in Colombia.  
Maar de Colombiaanse president Uribe is niet opgezet met kritische journalistiek. De eerste vermaning kwam er half mei 2005. Een boeket bloemen dat bij hem thuis aan de babysit werd bezorgd met daarop de boodschap “innige deelneming bij het overlijden van Hollman Morris”. Een maand later werkte Morris samen met de BBC aan een documentaire over Plan Colombia, toen de FARC-guerrilla een aanval uitvoerde op een legerpost in het zuidelijke departement Putumayo, aan de grens met Ecuador, wat door Morris werd uitgezonden. Enkele weken later verkondigde president Uribe dat sommige journalisten met “internationale camera’s” deze aanval van de FARC brachten “omdat zij banden hebben met de terroristische groeperingen en dus vooraf hierover ingelicht worden. Toen daar kritiek en vragen op kwamen, excuseerde Uribe zich voor de vergissing, maar in een onopgemerkt berichtje op het internet. Het is een typische manier van handelen van de Colombiaanse president, ook tegenover leden van het parlement of mensenrechtenactivisten.
De voorbije dertig jaar werden in Colombia zeventig journalisten vermoord. Toch blijven bladen als Semana en El Espectador maar ook de krant El Tiempo netelige informatie bovenspitten. De jongste maanden stonden vooral in het teken van de zogenaamde ‘para-gate’, de hele rist van bewijzen over de relatie tussen de regering en de paramilitaire groeperingen. Nochtans hebben die revelaties weinig of geen invloed op de populariteit van de president. Uribe blijft razend populair bij de Colombianen en daar zijn in hoofdzaak twee redenen voor. Ten eerste omdat het land het economisch goed doet, wat te maken heeft met de injectie van illegaal drugsgeld in de economie. En ten tweede, zoals Hollman zegt: “Elke forse uithaal die de president doet tegen de FARC maakt hem nog een streepje populairder.”
Op de vraag naar de perspectieven voor de FARC onder deze tweede regering Uribe antwoordt Hollman formeel: ‘Zij zouden zich best omvormen tot een politieke groepering en hun gegijzelden vrijlaten.’ Volgens Morris moet er vroeg of laat toch een humanitair akkoord komen, waarbij regering en guerrilla afspraken maken over het vrijlaten van wederzijdse gevangenen. Om echt uit de impasse te komen, moet het Colombiaanse conflict meer aandacht krijgen op de internationale agenda, vindt Hollman Morris. ‘Op de G8, op de agenda van de VS-politiek, in de relaties tussen Chávez van Venezuela en Colombia.’

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2790   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Over de auteur

  • Latijns-Amerika & ecologie
    Alma De Walsche schrijft over ecologische thema’s, van klimaat- en energiebeleid, over landbouw- en voedsel tot transitie-initiatieven en baanbrekers. Ze volgt al enkele decennia Latijns-Amerika, met een speciale focus op de Andeslanden.

Met de steun van

 2790  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.