Honderd dagen Obama in het Witte Huis

IPS maakte sinds 23 april dagelijks een balans op van honderd dagen Obama. Een overzicht.

1. Afghanistan: Obama’s oorlog


Peter Dhondt
BRUSSEL, 29 april 2009 (IPS) - Voor de vorige Amerikaanse regering stond Irak centraal, president Barack Obama ziet het “centrale front tegen de terreur” in Afghanistan. Obama hoopt al tegen september 2010 de meeste Amerikaanse troepen terug te trekken uit Irak, terwijl hij de militaire inspanningen in Afghanistan zal opvoeren. Niemand ontkent dat de stabilisering van Afghanistan een cruciale uitdaging is, maar er zijn grote twijfels aan de haalbaarheid ervan. Newsweek had het al over Obama’s Vietnam.Barack Obama kondigde in maart een nieuwe Amerikaanse strategie voor Afghanistan en Pakistan aan. Die moet vermijden dat Afghanistan opnieuw een thuishaven wordt voor terroristen die de rest van de wereld bedreigen. In die richting evolueert de regio nu al, waarschuwde de Amerikaanse president.Militaire macht en ontwikkelingshulpObama rekent in de eerste plaats op militaire macht. Hij had eerder al aangekondigd dat hij 17.000 extra soldaten naar Afghanistan zou sturen, ter versterking van de 38.000 Amerikanen en de 30.000 manschappen uit andere Navo-landen die er nu al gelegerd zijn. Daarnaast moeten nog eens 4.000 Amerikaanse militairen Afghaanse legereenheden en de politiemacht helpen opleiden.De Amerikaanse regering zal ook honderden landbouwexperts, ingenieurs en juristen naar Afghanistan sturen om de ontwikkeling van Afghanistan vooruit te helpen en de corruptie te bestrijden.Ook in Pakistan, waar Al-Qaida nog altijd een veilig onderkomen vindt, wil Obama meer doen. Hij zal het Amerikaanse parlement proberen te doen instemmen met de verdrievoudiging van de hulp aan Pakistan, tot 1,5 miljard dollar per jaar. Met dat geld zullen “scholen, wegen en ziekenhuizen” worden gebouwd, wat de wankele regering moet verstevigen.Meer omstreden is de overweging van Obama en zijn veiligheidsadviseurs om de aanvallen met ombemande vliegtuigen tegen kopstukken van Al-Qaida uit te breiden van de grensgebieden naar streken die dieper in Pakistan liggen. Critici vrezen dat de islamistische strijders nog verder Pakistan zullen binnentrekken en dat de Pakistaanse bevolking zich nog sterker tegen de Amerikaanse inmenging zou keren.Obama legde anderzijds wel de nadruk op het voornemen om steun te verwerven voor zijn plannen in Afghanistan en Pakistan, en ook om rond de problemen in de regio meer samen te werken met landen als Rusland, China, India en zelfs Iran.De nieuwe strategie klinkt doordachter dan de aanpak van de vorige Amerikaanse regering, maar toch  komt er veel kritiek. Obama zou in de eerste plaats naar Pakistan moeten kijken, klinkt het, en de oorlog in Afghanistan dreigt het Pakistaanse regime verder te ondermijnen. Veel experts wijzen er ook op datAfghanistan en Irak niet te vergelijken zijn. De troepenversterking en de samenwerking met plaatselijke machthebbers die in Irak vruchten afwierp, kan in Afghanistan foutlopen.Geen gestook tegen As van het KwaadObama probeert er wel alles aan te doen om de inzet van Amerikaanse troepen elders te beperken. In Irak, waar de VS nu nog 140.000 soldaten hebben, zouden tegen 2011 alle troepen weg moeten zijn. De meeste manschappen kunnen al tegen eind 2010 inpakken, maar dan zouden er toch nog altijd 35.000 tot 50.000 soldaten overblijven om het Iraakse leger bij te staan. De Amerikaanse president zegt dat Irak nood heeft aan politieke oplossingen en dat de beslissingen over de toekomst van het land door de Irakezen zelf moeten worden genomen.De Amerikaanse regering probeert verder de spanningen met Iran te verminderen. De VS nemen nu deel aan gesprekken met Rusland, China, Duitsland, Frankrijk en Groot-Brittannië over het Iraanse atoomprogramma, iets wat de vorige Amerikaanse regering niet wilde doen. Obama heeft ook een “nieuwe start” in de relatie met Iran aangeboden, en de dreiging met militaire acties van de vorige Amerikaanse regering voorlopig opgeborgen. De reacties uit Iran waren voorlopig negatief.Noord-Korea, het derde land in de As van het Kwaad van de regering-Bush, bezorgt Obama ook kopbrekens. De test van een ballistische raket door Noord-Korea begin april schept niet bepaald een goed klimaat voor een verbetering van de relaties. De zespartijengesprekken over het kernwapenprogramma van Noord-Korea liggen stil. President Obama heeft een speciale gezant voor Noord-Korea benoemd die moet proberen de onderhandelingen weer vlot te trekken, maar zelfs als dat lukt, lijkt een oplossing van het probleem dat Noord-Korea voor de VS stelt nog ver weg.

2. Obama, de groene Roosevelt



Joren Gettemans

BRUSSEL, 28 april 2009 (IPS) - Dat Obama als president na acht jaar Bush een andere koers zou varen, was al tijdens zijn verkiezingscampagne zonneklaar. Maar nergens was de breuk met zijn voorganger zo groot en abrupt als op het vlak van milieu en de strijd tegen de klimaatverandering. In zijn eerste honderd dagen in het Witte Huis deed de nieuwe president er alles aan om decennia Amerikaans beleid om te buigen naar een duurzame politiek.

Het is goed mogelijk dat toekomstige historici de Amerikaanse presidenten in dit tijdperk zullen beoordelen op de manier waarop ze met het klimaat- en energievraagstuk zijn omgegaan. Waarnemers hebben het nu al over de broodnodige “groene Franklin D. Roosevelt”, die tegelijk de economie en het milieu moet redden.

Obama lijkt zich alvast goed bewust van zijn sleutelrol. Het milieu, dat de voorbije acht jaar nauwelijks aan bod kwam in het beleid, werd plots een van de pijlers in het beleid van de nieuwe president. Het thema kwam aan bod in bijna al zijn belangrijke toespraken en hij betrok het ook consequent in andere dossiers, zoals de redding van de Amerikaanse auto-industrie, het energiebeleid en de doorstart van de slabakkende economie.
Wakker geschud

Obama begon zijn ambtstermijn al met een aantal opvallende benoemingen in zijn regering. Als minister van Energie koos hij Steven Chu, Nobelprijswinnaar voor zijn onderzoek in de fysica, en Carol Browner werd de nieuwe “energietsaar” die het energiebeleid van het Witte Huis in goede banen moet leiden. Met de keuzes maakte Obama duidelijk dat het hem menens is met de strijd tegen de klimaatverandering: beide kandidaten stonden bekend om hun progressieve ideeën en hun steun voor een strenge CO2-wetgeving.

De nieuwe regeringsfunctionarissen schudden het land meteen wakker met grimmige uitspraken over de toestand van het milieu. “We kijken aan tegen een scenario waarbij er geen landbouw meer is in Californië, en ik zie ook niet in hoe ze hun steden leefbaar zouden kunnen houden” zei Chu net na zijn aanstelling. En: “Er is een echte economische ramp in de maak voor onze kinderen, voor uw kinderen.” Een ware schok voor een land dat gewend was geworden aan een voortdurende terroristische dreiging, maar nauwelijks geïnformeerd was over de klimaatverandering, de enorme afhankelijkheid van fossiele brandstoffen of de staat van het milieu.
Doordrongen

De toon was meteen gezet. Obama was nauwelijks zes dagen president, of hij nam twee belangrijke besluiten die de positie van de Verenigde Staten in het klimaatdossier compleet hertekenden. De president vroeg het Environmental Protection Agency (EPA) om de beslissing van de regering-Bush uit 2007 te herzien, die een vraag van Californië en dertien andere staten had afgewezen om strenge uitstootnormen voor de transportsector vast te leggen. Tegelijk droeg Obama het ministerie van Transport op om werk te maken van de wetgeving die de efficiëntie van nieuwe auto’s en vrachtwagens met 40 procent moet verhogen tegen 2011.

De noodlijdende auto-industrie was volgens de nieuwe president enkel te redden als ze snel kleinere en meer zuinige auto’s zou maken. Hij ontvouwde een plan om tegen 2015 één miljoen hybride-auto’s op de Amerikaanse wegen te krijgen en maakte daarvoor leningen beschikbaar voor de auto-industrie. Ook het beschikbare geld voor de ontwikkeling van nieuwe autobatterijen werd vertienvoudigd naar twee miljard dollar.

Het hele economische beleid van de president, met zijn economische reddingsplan op kop, is doordrongen van groene thema’s. Zijn eerste begroting bevat grote investeringen in schone energiebronnen en maakt komaf met verschillende subsidies aan fossiele brandstoffen. Obama wil nog tijdens zijn eerste ambtstermijn het aandeel van hernieuwbare energiebronnen verdubbelen, en deed de grootste investering in energie-efficiëntie in de Amerikaanse geschiedenis.

Zijn reddingsplan voorziet onder meer in grootschalige werken om openbare gebouwen milieuvriendelijker te maken. Massale investeringen in het openbaar vervoer, met hogesnelheidstreinen als speerpunt, moeten een alternatief bieden voor transport via de auto of het vliegtuig.
EPA herrijst

Het Amerikaanse milieuagentschap EPA, dat onder de regering-Bush ronduit gemuilkorfd was, kreeg met de nieuwe regering een tweede adem. Enkele weken geleden nog zorgde het agentschap voor een kleine revolutie door CO2 en vijf andere broeikasgassen voor het eerst te bestempelen als vervuilende stoffen die een gevaar kunnen betekenen voor de volksgezondheid.

Milieugroeperingen zijn erg blij met de beslissing, omdat het agentschap nu het recht heeft om de uitstoot te reguleren onder de Amerikaanse Clean Air Act. Daarmee neemt ook de druk op het Congres toe om dit jaar nog nationale standaarden en reductiedoelstellingen op te leggen, misschien zelfs nog voor de internationale top in Kopenhagen in december.

“Waar de regering-Bush achterop hinkte, neemt de regering-Obama nu het voortouw”, zegt David Bookbinder van de milieuorganisatie Sierra Club. “De vraag is niet meer of en zelfs niet wanneer de VS zullen reageren tegen de klimaatverandering. We doen het nu.”


3. Obama en de financieel-economische crisis: can we?



Peter Dhondt

BRUSSEL, 27 april 2009 (IPS) - Zelfs de overtuigingskracht van Barack Obama lijkt niet opgewassen tegen het wantrouwen dat de aanslepende financiële en economische crisis in Amerika doet groeien. Hoe snel slaagt de nieuwe regering erin de problemen onder controle te krijgen, en tegen welke prijs?

Onder de vorige regering keurde het Amerikaanse parlement al een onuitgegeven reddingsplan van 700 miljard dollar voor de financiële sector goed. Maar het is duidelijk dat er nog veel meer nodig is om noodlijdende banken, verzekeringsinstellingen en zelfs pensioenfondsen overeind te houden.
Redding zonder koerswijziging

De regering-Obama zette daarvoor in haar laatste begrotingsvoorstel nog eens 750 miljard dollar opzij, maar het is niet zeker of het parlement daarmee zal instemmen. Obama krijgt voorlopig aan de Amerikanen niet verkocht dat de instellingen die de hele crisis hebben veroorzaakt, zoveel steun zouden krijgen zonder harde garanties dat ze dezelfde fouten niet opnieuw zullen maken. Bovendien stijgt de nu al astronomische staatsschuld er nog verder door.

Een plan van minister van Financiën Timothy Geithner om privé-investeerders door middel van overheidsgaranties te verleiden de rommelkredieten van de banken over te nemen, wordt al evenmin enthousiast onthaald. Als de beruchte hypotheekproducten nog problematischer blijken dan nu wordt aangenomen, zou de Amerikaanse overheid er ook honderden miljarden door verliezen.

Ook gezaghebbende experts als econoom en Nobelprijswinnaar Paul Krugman zijn erg kritisch over de aanpak van Obama. Ze oordelen dat de Amerikaanse kapitaalmarkt niet echt op een andere leest wordt geschoeid. Over het plan van Geithner zei Krugman in maart dat het “meer dan teleurstellend” is. “Eigenlijk geeft het me een gevoel van wanhoop.” In België noemde de gezaghebbende econoom Geert Noels het plan van Geithner een “experiment met belastinggeld”.
Relanceplan overtuigt niet

Intussen maakt de Amerikaanse regering zich op voor massale investeringen in onderwijs, de gezondheidszorg, infrastructuur en toekomstgerichte sectoren als hernieuwbare energie. Samen met tijdelijke belastingverminderingen moet dat sneller een einde maken aan de recessie, die al meer dan 3 miljoen banen heeft vernietigd. Het team van Obama heeft het relanceplan van bijna 800 miljard dollar al door het parlement geduwd. Dat recordbedrag komt bovenop de normale overheidsuitgaven en zal dus de Amerikaanse schuldenlast nog verder opdrijven.

Ook hier vrezen critici dat het plan niet doortastend genoeg is om de zwaarste naoorlogse recessie te bestrijden. De structurele problemen van de Amerikaanse economie worden volgens hen allerminst overtuigend aangepakt. De VS hebben een groot handelstekort, vooral met China, en zijn sterk afhankelijk van het buitenland voor hun energiebevoorrading.

De VS lijden ook onder de effecten van de financiële en economische crisis in andere landen. De Amerikanen hebben er dus alle belang bij ook internationale maatregelen van de grond te krijgen. Maar ook op dat vlak blijkt Obama geen wonderen te kunnen verrichten. De Amerikaanse president kon de overige leden van de G20 begin april op de top in Londen niet overtuigen een internationaal relanceplan op te zetten.

Toch leverde de G20 meer resultaten op dan verwacht, en dat is voor een deel de verdienste van Obama. Het Internationaal Monetair Fonds kreeg veel meer middelen om landen die in financiële moeilijkheden verkeren, met leningen ter hulp te komen. Na 2011 verandert ook de verdeling van de stemrechten in het IMF, waardoor de VS waarschijnlijk aan invloed zullen verliezen ten voordele van China en andere opkomende economieën. Daarnaast werd in Londen ook een fors bedrag toegezegd om de wereldhandel aan te zwengelen.

Obama had tijdens zijn verkiezingscampagne ook beloofd dat hij de Amerikaanse ontwikkelingshulp in vier jaar tijd zou verdubbelen. In zijn begroting voor 2010 stijgen de uitgaven voor buitenlandse hulp met 9,5 procent, maar critici reageerden meteen met de opmerking dat het hulpbudget onder Bush aan een gelijkaardig tempo toenam. Een koerswijziging, met bijvoorbeeld meer geld voor economische ontwikkeling, kwam er nog niet.


4. Applaus en boegeroep voor mensenrechtenbeleid Obama



Rudy Pieters

BRUSSEL, 24 april 2009 (IPS) - Barack Obama kreeg tijdens zijn eerste 100 dagen zowel lof als verwijten rond zijn mensenrechtbeleid. Applaus was er voor de sluiting van Guantánamo. Boegeroep kwam er omdat de gevangenis van Bagram blijft en de rechten van gevangenen in Guantánamo en Bagram met de voeten getreden worden. Bovendien worden CIA-agenten niet vervolgd voor hun omstreden ondervragingstechnieken.

Al tijdens zijn eerste week kondigde president Obama de sluiting van de gevangenis in Guantánamo aan. De VS zouden ook hun aanhoudings- en ondervragingstechnieken herbekijken. Mensenrechtenorganisaties reageerden opgetogen.

Maar een andere omstreden gevangenis, die in het het Afghaanse Bagram, gaat niet dicht. Daar zitten meer dan 600 “vijandelijke strijders” vast, ruim drie keer meer dan in Guantanamo, en volgens het Rode Kruis worden die nog altijd slecht behandeld.

Een sluiting van Bagram werd niet aangekondigd. Meer nog, gevangenen in Bagram kunnen hun opsluiting niet aanvechten voor de rechtbank, zeiden advocaten van Obama’s ministerie van Justitie in een zaak die was aangespannen door de advocaten van vier Bagram-gevangenen. De regering-Bush had al gesteld dat Bagram in oorlogsgebied lag en dat de vrijlating van de gevangenen een veiligheidsrisico inhield.

Ook in de processen rond Guantánamo-gevangenen wordt Obama ervan beschuldigd de lijn van zijn voorganger te volgen. In het proces Rasul vs. Rumsfeld bijvoorbeeld vroegen de advocaten van de overheid de seponering omdat “buitenlanders in Guantánamo niet de normale procesrechten hebben”.
Alleen wat aan gesleuteld

Mensenrechtenactivisten zijn niet mals voor Obama. De regering-Obama “blijft vasthouden aan een standpunt dat ertoe heeft bijgedragen dat ons land in de hele wereld als een paria wordt bekeken voor zijn flagrante gebrek aan respect voor de mensenrechten”, zei de prominente mensenrechtenadvocate Barbara Olshansky, die drie Bagram-gevangenen verdedigt.

“Oude wijn in nieuwe zakken”, zei het Center for Constitutional Rights over de houding van de overheidsadvocaten in de Guantánamo-processen. “Het beleid van de nieuwe regering is eigenlijk hetzelfde als dat van de regering-Bush, maar met een andere naam”, zei Human Rights Watch (HRW). “In plaats van het beleid van Bush te verwerpen, heeft de nieuwe regering er in het beste geval wat aan gesleuteld.”
Onderzoek naar martelingen

Ondertussen gaan in de Verenigde Staten steeds meer stemmen op, tot in het Congres toe, om een onderzoek te openen naar mogelijke mensenrechtenschendingen tijdens de regering-Bush. Vooral de ondervragingsmethodes en de behandeling van gevangenen roepen veel vragen op. Barack Obama hield zich erg op de vlakte over die voorstellen. “Niemand staat boven de wet,” zei hij, “en als er duidelijke misdrijven zijn, dan moet de dader vervolgd worden zoals elke gewone burger. Maar algemeen gesproken kijk ik liever vooruit dan achteruit.”

Op 16 april bevestigde hij alvast dat CIA-medewerkers niet vervolgd zouden worden voor de controversiële ondervragingen. “De verklaringen van president Obama de laatste dagen waren zeer ontgoochelend”, reageerde Amnesty International meteen.

De Spaanse rechter Baltasar Garzón kreeg wel applaus omdat hij medewerkers van George W. Bush wil vervolgen voor hun rol in de foltering van gevangenen. “De enige reden waarom Spanje overweegt om Amerikanen te vervolgen voor foltering is omdat de Verenigde Staten zelf dat weigeren te doen”, zegt de National Lawyers Guild in de VS. “We zouden niet van andere landen mogen afhangen om onze rommel op te ruimen”, stelt de American Civil Liberties Union (ACLU).
Grenscontroles

Aan het slot van zijn eerste 100 dagen kreeg Obama nog meer tegenwind van mensenrechtengroepen. In de week van 20 april verschenen er twee rapporten die aan de kaak stelden dat agenten in Amerikaanse luchthavens naar huis terugkerende Amerikaanse moslims viseren.

Volgens de ACLU weert Washington ook nog steeds prominente critici van het Amerikaanse beleid. Tariq Ramadan, een van de invloedrijkste moslims in Europa, probeerde vorige maand opnieuw via de rechter een visum te krijgen. Tevergeefs. De advocaten van de regering-Obama betoogden dat de Amerikaanse rechtbanken geen bevoegdheid hebben over immigratieaangelegenheden, het argument dat ook de advocaten van de vorige regering gebruikten.


5. Obama voorlopig geen president 2.0



Joren Gettemans

BRUSSEL, 23 april 2009 (IPS) - De Amerikaanse president Barack Obama, die zijn verkiezing mede te danken heeft aan zijn doorgedreven gebruik van het internet, beloofde tijdens zijn campagne ook Washington de 21e eeuw binnen te loodsen. Maar door de economische malaise en onvoorziene bureaucratische hindernissen is daar voorlopig weinig van te merken.

Toen Obama enkele weken geleden de Britse Queen ontmoette, werden zoals gewoonlijk geschenken uitgewisseld. De Queen schonk Obama een foto van haarzelf en haar man, Obama had een iPod meegebracht met daarop bekende Amerikaanse muziek en videobeelden van een eerder bezoek van de Queen. De keuze is tekenend voor de kersverse Amerikaanse president, die van technologie en het internet één van de pijlers van zijn beleid wil maken.
Beloftes

Al tijdens Obama’s kiescampagne speelde informatietechnologie een doorslaggevende rol. Obama heeft zijn overwinning zelfs voor een groot deel te danken aan de manier waarop hij als geen ander het internet wist te gebruiken om fondsen te werven en zijn achterban te mobiliseren en te organiseren. Zijn campagneteam slaagde erin om duizenden mensen enthousiast te maken en ze het gevoel te geven deel uit te maken van een uniek project.

Kandidaat Obama liet er tijdens de campagne geen misverstanden over bestaan dat hij die aanpak zou voortzetten in het Witte Huis. Als president zou hij blijven luisteren naar zijn kiezers en zou hij de transparantie van het beleid stimuleren via blogs, wiki’s en sociale netwerken. Hij beloofde zelfs de bevolking de kans te geven om vijf dagen lang via het internet hun mening te geven over de meeste nieuwe wetten, vooraleer hij die zou ondertekenen.
Start

In de periode tussen zijn verkiezingen en zijn eedaflegging toonde de president elect meteen dat het hem menens was: hij lanceerde de website Change.gov en stelde een new media team aan, dat drie prioriteiten vastlegde waar de nieuwe media het verschil zouden kunnen maken voor het beleid van Obama: communicatie, transparantie en participatie.

Voor communicatie zou de president gebruik maken van video’s en blogs. Nog geen twee weken na zijn verkiezing zorgde hij al voor een primeur met zijn eerste toespraak via de videosite YouTube. De video werd honderdduizenden keren bekeken en door honderden blogs opgepikt en de Amerikaanse kranten spraken prompt van “Roosevelt 2.0”.

Voor de transparantie van het beleid werd een Your seat at the table-sectie op de site gecreëerd, waar Obama’s team de details van honderden ontmoetingen van de president publiceerde. Ook de namen van alle donoren voor het overgangsproject werden publiek gemaakt.

Tot slot werd er werk gemaakt van participatie. Via The Citizens Briefing Book konden burgers voorstellen doen voor het beleid van de toekomstige president.

Tijdens de voorbereidingen op de eedaflegging van Obama klonk echter al de eerste kritiek op de kersvers verkozen president. Alerte internetgebruikers wezen erop dat het Obama-team de mogelijkheid had uitgeschakeld om op de video’s van de verkozen president te reageren. Daarmee bleken de video’s van de president niet zozeer een “gesprek met de bevolking”, maar monologen die enkel door het gekozen medium nog verschillen met vorige presidenten.
Hindernissen

In de eerste maanden van zijn presidentschap waren plots veel minder primeurs te melden op het vlak van nieuwe media. De nieuwe regering werd bedolven onder de ergste economische en financiële crisis in decennia en moest ook nog twee oorlogen in goede banen leiden. De grote plannen voor een nieuwe vorm van regeren kregen daardoor minder aandacht dan de presidentskandidaat Obama had voorzien.

Maar stilaan werd ook duidelijk dat het ambitieuze team van de nieuwe president in een bureaucratisch moeras dreigt terecht te komen. Nu het team deel uitmaakt van de uitvoerende macht, krijgt het te maken met allerlei wetten waar het tijdens de campagne en de overgangsperiode geen last van had.

Zo is de overheid verplicht om alle webcommunicatie universeel en onmiddellijk toegankelijk te maken voor mensen met een handicap. Een andere wet bepaalt dan weer dat een enquête door de overheid een rigoureus proces moet doorlopen voor ze goedgekeurd kan worden, zodra er meer dan tien mensen ondervraagd worden. Dat kan een grote hindernis vormen, als een poll op een website of een vraag om reacties op een sociaal netwerk gezien kan worden als een “enquête”.

Tot slot dreigt ook Nixon nog roet in het eten te gooien. Na diens aftreden werd immers de Presidential Records Act aangenomen, waarin bepaald is dat alle geschreven communicatie van de president bewaard moet worden. Het gevolg is dat een pagina op de website van het Witte Huis niet aangepast mag worden. Ze mag enkel verwijderd worden – en gearchiveerd – en vervangen worden door een nieuwe.

Als Obama eindelijk tijd vindt om zijn beloftes na te komen en het Witte Huis de 21e eeuw binnen te loodsen, zal dat dus heel wat meer omhanden hebben dan het schenken van een iPod. De nieuwe president zal enkele restricties kunnen afschaffen, voor andere zal hij de wetgeving moeten proberen veranderen via het Congres, of zal hij nieuwe technologie uit de kast moeten halen.


6. Verenigde Staten liggen weer in Amerika



Rudy Pieters

BRUSSEL, 28 april 2009 (IPS) - President Obama had beloofd dat hij meer zou gaan praten met de rest van de wereld. Dialoog was het nieuwe buzzword op Buitenlandse Zaken. In Latijns-Amerika is die nieuwe aanpak al zichtbaar. Maar is er ook echt iets veranderd?

De Venezolaanse president Hugo Chávez deed zijn Amerikaanse collega onlangs een eilandje cadeau, een lapje van 214 hectare in de Delaware-rivier bij Philadelphia. Een staatsoliebedrijf uit Venezuela had het in 1990 gekocht.

Het zegt veel over de ongewone stijl van de Venezolaanse president, maar het geeft ook aan dat er iets veranderd is. George W. Bush had niet meteen op een eilandje moeten rekenen bij Chávez.
Verzuurde relaties

De voorbije jaren kreeg Latijns-Amerika steeds meer centrumlinkse leiders die zich fel afzetten tegen het neoliberale Amerikaanse model. Het verzuurde de relaties met Washington gevoelig.

In de laatste dagen van de regering-Bush verbraken zowel Bolivia als Venezuela hun diplomatieke betrekkingen met de VS. Ze beschuldigden Washington ervan hun democratisch verkozen regeringen ten val te willen brengen. Bush schroefde Cuba de duimschroeven nog wat aan door de reizen van Amerikaanse Cubanen naar hun familie op het eiland te beperken.
Ideologie niet langer de drijfveer

Obama liet meteen blijken dat hij het anders wil. Hij haalde niet alleen de banden aan met Felipe Calderón, de conservatieve president van buurland Mexico, dat kreunt onder het geweld van de drugskartels, maar ook met verscheidene linkse leiders, onder meer op de Top van de Amerika’s in Trinidad en Tobago (17-19 april).
 
De Braziliaanse president Luiz Inácio Lula da Silva lijkt een belangrijke bruggenbouwer te worden tussen de VS en Latijns-Amerika en werd al ontvangen op het Witte Huis.

Toen Mauricio Funes van de voormalige rebellenbeweging FMLN tot president van El Salvador verkozen werd, kreeg hij zelfs een telefoontje met gelukwensen van Obama.

“Ik denk dat ideologie niet langer de drijfveer is achter het beleid”, zegt Lilly Briger van de Council on Hemispheric Affairs (COHA), een onafhankelijke denktank.
Reizen naar Cuba

De Verenigde Staten lijken weer deel uit te maken van het Amerikaanse continent en dat is het zichtbaarst op Cuba. In maart versoepelde Obama de beperking op reizen voor Amerikaanse Cubanen weer. In Trinidad, waar Cuba afwezig was, kondigde hij “een nieuw begin met Cuba” aan.

Maar een echte dialoog tussen Washington en Havana is er vooralsnog niet. De regering en de media op het eiland zwegen over de reisversoepeling. De impact van de maatregel op de economie van het eiland zal beperkt zijn, zeggen Cuba-experts. Alleen de opheffing van het handelsembargo zou een verschil maken. En dat zien de meeste waarnemers nog niet meteen gebeuren, ook niet onder Obama.

Volgens Daniel Erikson van de belangrijke denktank Inter-American Dialogue (IAD) zijn de Cubaanse leiders ook niet bereid om concessies te doen. “Tot nog toe lijkt de regering-Obama nog steeds te denken dat er na ieder stapje van de VS een positief antwoord van Cuba moet komen.”
Nog geen echte verandering

Volgens sommige waarnemers zal de relatie tussen de VS en Latijns-Amerika nog niet echt veranderen. “De regering-Obama heeft nog geen knopen doorgehakt”, zegt Mark Weisbrot van het gezaghebbende Center for Economic and Policy Research (CERP). “Ik denk niet dat ze de relaties met Venezuela zullen verbeteren, en dat ze ook tegenover Bolivia niet erg vriendelijk zullen zijn”, zegt hij. “Maar ik wil ook niet pessimistisch zijn. Lula kan Obama informatie geven die hij niet krijgt van zijn adviseurs.”

Lula waarschuwde Obama er al voor dat die zijn economie maar beter niet te veel afschermt onder druk van de recessie. “Protectionisme kan in het begin voordelig lijken”, zei de Braziliaan. “Maar op lange termijn schaadt het landen, vooral de arme landen, die hun producten aan rijke landen moeten verkopen.”

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2798   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Met de steun van

 2798  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.