Irak is één grote milieurramp

Irak heeft vandaag (donderdag) weinig reden om de dag van de Aarde te vieren. Drie oorlogen gecombineerd met decennia van verwaarlozing en wanbeheer hebben het milieu in het land zwaar getekend, en de internationale gemeenschap slaagt er vooralsnog niet in om daar verandering in aan te brengen.


Onder meer de waterzuiveringsinstallaties in het land zijn zwaar afgetakeld. Volgens een buitenlandse expert die niet genoemd wil worden, hebben de plunderingen na de oorlog nog meer schade aangericht dan de oorlogshandelingen zelf. “Alles is gestolen, tot schroeven en bouten toe.” Volgens de expert is de situatie in het land nu bovendien te onveilig om grote herstellingswerkzaamheden aan te vangen.

De drie waterzuiveringsinstallaties rond de hoofdstad Bagdad liggen al zeker sinds het begin van de oorlog stil, en de verwachting is dat de eerste installatie pas halverwege dit jaar weer zal werken. Het rioleringswater van de 3,8 miljoen inwoners van Bagdad loopt nu gewoon onbehandeld in de Tigris. Ook voor de oorlog draaiden de zuiveringsinstallaties in het land op een laag pitje, een gevolg van stroomtekorten en een gebruik aan wisselstukken en chemicaliën.

De Amerikaanse ontwikkelingshulp heeft het afgelopen jaar al 3,2 miljard dollar in Irak gepompt, een groot deel daarvan in waterzuivering. Maar de problemen raken maar traag opgelost. USAID schat dat de 140 grote waterzuiveringsinstallaties in het land maar op 65 procent van de capaciteit draaien die ze voor de oorlog hadden.

De problemen met drinkwatervoorziening en sanitaire voorzieningen hebben tussen 1990 en 1999 geleid tot een verdrievoudiging van het aantal gevallen van diarree bij kinderen onder de vijf jaar. Het Kinderfonds van de Verenigde Naties (Unicef) rapporteerde in 2003 dat 72 procent van alle onderzochte kinderen in Irak geplaagd werd door diarree. Ook nu nog zijn veel Irakezen, gedwongen om vervuild water te drinken, vooral in het zuiden van het land. De kindersterfte in het land wordt geschat op één op acht, een cijfer dat verder alleen in sommige Afrikaanse landen wordt opgetekend.

Ook de oliebranden in en rond Bagdad hebben sporen nagelaten. Omwonenden hebben te kampen met ademhalingsproblemen en binnen afzienbare tijd zullen de kankercijfers waarschijnlijk beginnen te stijgen. De luchtkwaliteit in de Iraakse steden is overigens al lang bedroevend – een gevolg van verouderde industriële installaties en veel te soepele uitstootnormen voor fabrieken en leerlooierijen.

De bekendste milieukwestie in Irak is de vernietiging van het moerasland tussen de Eufraat en de Tigris. Ooit functioneerde het gebied, dat waarschijnlijk model stond voor de bijbelse Tuin van Eden, als een natuurlijk filter voor het afval dat werd meegevoerd door de twee rivieren. Maar in de jaren ‘80 werd het ecosysteem vernietigd door de bouw van een reeks dammen stroomopwaarts en de weloverwogen drooglegging van het moeras door Saddam Hoessein.

Vanwege het belang van het gebied voor de waterkwaliteit in de Golf en voor de productie van rijst, vis en zuivel, werd direct na het beëindigen van de oorlog begonnen met pogingen om het moerasland weer in zijn oude staat te herstellen. Inmiddels is 20 tot 30 procent van het gebied weer onder water gezet – in de eerste plaats het werk van de plaatselijke bevolking. Op sommige plaatsen groeit alweer veel riet, maar andere delen liggen er nog kaal bij. Er is veel meer nodig voor een duurzaam herstel van het ecosysteem. In het kader van het Eden Again-project werkten internationale experts daarvoor in 2001 een plan uit. Geschat wordt dat het gehele project tussen de 8 en 16 miljoen euro zal gaan kosten, maar tot op heden hebben alleen Italië en Canada steun toegezegd. Het project staat voor enorme uitdagingen. Zo is er niet genoeg water om het volledige gebied weer in een moeras te herschapen. Bovendien is een aantal gebieden te zeer verzilt of verontreinigd om onder water te zetten. Sommige delen worden nu ook gebruikt voor de landbouw.

Ook het onophoudelijke verkeer van zware militaire voertuigen door de Iraakse woestijn zorgt voor milieuschade. Farouk El-Baz, een expert van de Universiteit van Boston die onder meer de gevolgen van de Golfoorlog in woestijngebieden in Koeweit bestudeerde, is er zeker van dat Irak te maken zal krijgen met ergere zand- en stofstormen. Veel zandwoestijnen worden bedekt door een dunne korst van kiezelstenen; als die verkruimeld wordt door zware voertuigen, kan het zand gaan bewegen. De woorden van El-Baz maken in Irak vooralsnog weinig indruk – rondvliegende kogels zijn er nog altijd een grotere bedreiging dan stuifzand.


Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2790   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Met de steun van

 2790  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.