Maleisië wil kloof tussen arm en rijk dichten

De Maleisische regering trekt extra geld uit ontwikkeling van het platteland, maar dat geld is vooral bestemd voor Maleiers, niet voor de etnische Chinezen en Indiërs.


Onder de vorige premier Mahathir Mohamad zette Maleisië vooral in op het bijbenen van economische ontwikkelingen in Zuid-Korea en Japan. In de steden ontstond een nieuwe elite en de inkomenskloof met de Maleiers, die de meerderheid vormen op het platteland, werd steeds groter.

He nieuwe Maleisië Plan van premier Abdullah Badawi, een vijfjarenplan, is gericht op het verkleinen van de kloof tussen arm en rijk. Volgens de Verenigde Naties bestaat in Maleisië de grootste inkomensongelijkheid van Zuidoost-Azië. De rijkste 10 procent van de bevolking in het land verdient 22 keer zoveel als de armste 10 procent.

Het nieuwe plan kan zorgen dat fouten uit het verleden hersteld worden, zegt Khairy Jamaluddin, een invloedrijke leider van de regerende Verenigde Nationale Organisatie Maleisië (UMNO). Voor een kleine elite groeiden de bomen de afgelopen jaren tot in de hemel, maar we willen nu structurele verandering en gelijke kansen voor iedereen die ze verdient. De overheid wil 11,4 miljard ringgit (2,5 miljard euro) investeren in het bevorderen van grootschalige commerciële landbouwactiviteiten.

Het eerste vijfjarenplan werd gelanceerd in 1969, na rassenrellen tussen de politiek dominante maar economisch achtergebleven Maleiers en de sterke Chinese minderheid. Chinezen en Indiërs, die hadden verwacht dat Badawi ook met concrete plannen zou komen om hun problemen te verlichten, komen er echter bekaaid af. Voor hen word niets gedaan, constateerde S. Arulchelvam, secretaris-generaal van de Socialistische Partij van Maleisië.

In 1971 lanceerde de regering een beleid om de Maleiers te ondersteunen. Die politiek moest ertoe leiden dat zij 35 jaar later 30 procent van de economie in handen zouden hebben. Het aandeel van de Maleiers stagneerde echter bij 19 procent, terwijl het aandeel van de Indiërs afnam van 1,5 tot 1,2 procent. Het aandeel van etnische Chinezen steeg daarentegen met 40 procent.

De armoede onder Maleiers met 8,3 procent in 2004 nog steeds het hoogst in het land. Bij Indiërs was dat percentage 2,9 procent en bij Chinezen 0,6 procent. Etnische Maleiers maken 60 procent van de bevolking uit, Chinezen 26 procent en Indiërs en inheemse bevolkingsgroepen de rest.

Dat het nieuwe vijfjarenplan zich niet bekommert om Chinezen en Indiërs, schoot oppositieleider Anwar Ibrahim in het verkeerde keelgat. Dit plan zal onze economische basis verzwakken. Het wordt tijd om deze rassenpolitiek te verlaten en een economische agenda op te stellen waar alle armen van profiteren, ongeacht hun afkomst. Volgens Anwar profiteren vooral de rijkere Maleiers van het plan, ten koste van de arme Maleiers, Chinezen en Indiërs. (JS)

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2781   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Met de steun van

 2781  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.