Van duivels en engelen

NGO’s en bedrijven blijven vaak tegenstanders. Lees de brochures van de jongste 11.11.11-campagne, of de pamflettaire reactie daarop in het weekblad ‘Trends’, en het zal voor iedereen duidelijk zijn: het water is nog steeds (te) diep. Toch ontstonden er de voorbije jaren ook andere vormen van interactie en toenadering. De samenwerking tussen Roularta Media Group en het nieuwe mondiale magazine is daarvan een voorbeeld. Wat moeten we van die samenwerking denken, vroeg John Vandaele aan enkele geprivilegieerden. De meningen lopen sterk uiteen.
Eerst even de feiten. Formeel gezien gaat het om een contract van twee jaar tussen één van ‘s lands grootste mediabedrijven, Roularta Media Group, en een nieuwe v.z.w. die zal worden opgericht door een aantal grote ontwikkelings-NGO’s als 11.11.11, Broederlijk Delen, Wereldsolidariteit, Oxfam-Wereldwinkels en Vredeseilanden. Dat contract legt beide partijen verplichtingen op. De nieuwe v.z.w. die het nieuwe mondiale magazine (MoMag voor het gemak) zal uitgeven, betaalt Roularta elk jaar 400.000 euro. In ruil levert Roularta volgende diensten: vormgeving en drukkerijredactie, de advertentiewerving, en het drukken en verzenden van MoMag op 127.500 exemplaren. Naast de verwachte 11.000 ‘eigen’ abonnees die De Wereld Morgen en Wereldwijd samen zullen overhouden, zal MoMag immers ook één keer per maand worden bezorgd aan de 110.000 abonnees van het weekblad Knack, dat ook eigendom is van Roularta. Daarbovenop drukt Roularta elke maand 6.500 exemplaren extra die voor promotiedoeleinden kunnen worden gebruikt. Ten slotte verzorgt Roularta ook de abonnementenadministratie voor MoMag, al blijven de adressen natuurlijk exclusief eigendom van de nieuwe v.z.w.
Gie Goris, hoofdredacteur van het nieuwe blad, voorheen hoofdredacteur van Wereldwijd en tevens lid van de stuurgroep die het hele proces van fusie en samenwerking begeleidde, apprecieert het contract: “We krijgen veel voor een zeer voordelige prijs. Voor druk, lay-out en verzending van 10.000 Wereldwijd-exemplaren betaalden wij een vierde van wat we nu zullen betalen voor 127.500 MoMag-exemplaren. Roularta doet er voor die prijs dan nog eens het abonnementenbeheer, de promotienummers en de tekstcorrectie bij.”
Het idee van de samenwerking met een commerciële mediagroep is al oud, maar kwam een goed half jaar geleden weer op tafel. Toen de NGO’s tijdens de fusiebesprekingen vaststelden dat het nieuwe blad heel wat investeringen zou vergen, en er bovendien niet eens een garantie was dat het écht voor een doorbraak naar een breder publiek zou zorgen, besloten de NGO’s contact te zoeken met zes uitgeverijen. Tot hun eigen verbazing reageerden twee van die uitgevers met een positief aanbod. Uiteindelijk haalde het Roularta-voorstel het.

Het jargon van de samenwerking
Rik De Nolf, afgevaardigd bestuurder van Roularta: “Ik zag onmiddellijk een verband tussen Knack, dat een nieuwsmagazine is, en de thematiek van de twee derdewereldbladen, die de Knack-lezers ongetwijfeld zal boeien. Het is een win-win-situatie: wij kunnen onze abonnees een beter aanbod bieden en voor de NGO’s is de verspreiding van hun maandblad via alle Knack-abonnementen een extra interessant communicatiekanaal.”
Jozef De Witte, algemeen secretaris van 11.11.11, de koepel van de Vlaamse Noord-Zuidbeweging, vindt de term win-win terecht: “Het Knack-abonnement stijgt in waarde en Roularta wordt betaald voor de geleverde diensten. Wij bereiken een zeer brede verspreiding voor het maandblad en verhogen daardoor de maatschappelijke impact van onze boodschap. Wat voor ons telt, is immers niet de winst, maar dat MoMag wordt gelezen.”
De voorbije jaren zagen wel meer samenwerkingsverbanden tussen bedrijven en NGO’s het daglicht. Zo brengt de v.z.w. Kauri sinds 1997 Belgische bedrijven en ontwikkelings-NGO’s samen ‘in dialoog en actie’. Kauri organiseert de dialoog over Noord-Zuidverhoudingen tussen deze twee werelden en reikt bedrijven concrete instrumenten aan om iets voor het Zuiden te doen: eerlijke producten kopen, ethisch beleggen, de eigen werknemers bewust maken … Kauri staat ongetwijfeld symbool voor de groeiende verstandhouding tussen bedrijven en NGO’s. De wederzijdse diabolisering voorbij, als het ware.
Dat was in de jaren zeventig en tachtig van vorige eeuw allesbehalve evident. Veel NGO’s hingen toen een marxis-tische analyse aan waarin privé-kapitaalgroepen alleen voorkwamen ter hoogte van de rubriek ‘vijanden’. Samenwerking met de privé-sector stond de eigen doelstellingen in de weg, aangezien kapitalisten nooit zouden meewerken aan hun eigen ondergang. Win-win-situaties waren principieel onmogelijk. Meer algemeen was er een morele afkeer van het winstbejag waarvoor kapitalisten symbool stonden.
Na de val van het reëel bestaande communisme in Oost-Europa bekeerden heel wat NGO’s zich tot de gecorrigeerde markteconomie of een ‘getemd kapitalisme’. Gevolg: veel koudwatervrees tegenover bedrijven verdween als sneeuw voor de zon. Toch blijven NGO’s en bedrijven ook in een gecorrigeerde markteconomie elkaars tegenspelers. Zeker op het macro-economisch niveau waar bedrijven doorgaans streven naar zo min mogelijk sociale en ecologische regels, hoewel NGO’s precies pleiten voor maximale regelgeving en bescherming van de zwaksten. Win-win-situaties zijn nu wel mogelijk, maar daarom nog niet vanzelfsprekend.

Niet van een leien dakje
Het is op die blijvende tegenstellin-gen dat bijvoorbeeld de bedrijfsgiftenbank of het Corporate Funding Programme (CFP) botste. Het CFP zou oorspronkelijk enkel bedrijfsgiften kanaliseren naar ontwikkelingsprojecten. Al snel werd het opzet breder: de zes stichtende NGO’s en de zes stichtende bedrijven zouden ook een soort dialoog over de globalisering starten. CFP-voorzitter Alfons Verplaetse, oud-gouverneur van de Nationale Bank, ziet een gelijkenis met het sociaal overleg tussen vakbonden en werkgevers dat de basis legde voor onze verzorgingsstaat. Hij vindt dat het CFP kan bijdragen tot een vergelijkbaar overlegplatform voor de Noord-Zuidverhoudingen. Die vergelijking loopt nogal mank omdat de vakbonden geen giften van bedrijven ontvangen en ook niet samen met de werkgevers in een zelfde v.z.w. zitten. Trouwens: kan zo’n dialoog niet het best beginnen met de bestaande koepelorganisaties, het Verbond van Belgische Ondernemingen (VBO) en 11.11.11? Al snel bleek nog een ander gebrek van de CFP-formule. Stichtend lid Umicore (ex-Union Minière) werd vernoemd in een VN-rapport over grondstoffenplundering in Congo, en Siemens, een ander CFP-lid, bleek onderdelen voor onderzeeërs te leveren. Wapenproductie wordt uitdrukkelijk uitgesloten in het nochtans vrij ruime ethische charter van het CFP. Omdat NGO’s en bedrijven in één club zitten, eisten de NGO’s opheldering van de betrokken bedrijven, kwestie van niet te worden gecompromitteerd. Opheldering inzake grondstoffenroof in Congo impliceert onderzoek ter plaatse. Dat kost veel geld, en zou betekenen dat zowat al het geld dat CFP al had ingezameld, daaraan zou worden besteed. De verdachtmakingen aan het adres van Umicore en Siemens droegen ertoe bij dat bedrijven niet erg warm meer lopen om geld aan het CFP te geven. Het vergroot hun kans om negatief in het nieuws te komen. Fons Verplaetse moest na anderhalf jaar toegeven dat van de verwachte 3,5 miljoen euro aan bedrijfsgiften er maar 35.000 euro waren binnen gekomen. Het CFP struikelde dus omdat NGO’s en bedrijven tegengestelde posities blijven innemen, zelfs al delen ze een principieel geloof in de ‘gecorrigeerde’ markteconomie.

Vragen én antwoorden
En hoe zit het dan met de samenwerking in verband met het nieuwe MoMag? Jozef De Witte vindt de samenwerking atypisch: “Eigenlijk is dit niet meer dan een dienstencontract, zoals 11.11.11 er ook een heeft met de onderhoudsfirma die hier komt poetsen. De NGO’s verbinden hun lot niet aan Roularta. Dit is geen ideële samenwerking zoals Kauri of CFP.”
Marc Vandepitte, wiskundige, theoloog, publicist, filosoof, radicaal-links denker en lid van Attac, gaat daarmee niet akkoord: “Een blad dat bij het Knack-pakket zit, krijgt meteen het label ‘mainstream’. Het probleem is niet zozeer Roularta, maar dat Roularta de samenwerking zelf geen probleem vindt. Dat bewijst dat De Wereld Morgen en Wereldwijd Magazine nu al tot de mainstream behoren.” Vandepitte meent dat Roularta geen blad zou drukken dat positief staat tegenover gewapende bevrijdingsbewegingen als de FARC in Colombia, tegenover een land als Cuba, kortom een blad dat streeft naar een ander economisch systeem dan het kapitalisme. “Dat is immers een economisch systeem waarin minder plaats zou zijn voor grote privé-kapitaalgroepen zoals Roularta er toch een is.”

Rik De Nolf ziet geen enkel verschil tussen een deal met NGO’s en een met andere bedrijven. Na twee jaar zal hij de samenwerking evalueren, maar De Nolf zegt zich moeilijk redenen te kunnen indenken waarom de overeenkomst niet zou worden voortgezet. “Je kunt natuurlijk altijd verrast worden, maar ik hoop dat de redactie haar werk goed doet, een goed blad maakt, en vooral dat we geen toestanden krijgen met processen inzake eerroof of laster.” Kunnen inhoudelijke criteria een rol spelen bij het stopzetten van de samenwerking? De Nolf: “We weten wat de redacties nu maken. We hopen dat ze professioneel werken. Enfin, het is een onafhankelijke redactie. De lezer accepteert nu dat er verschillende meningen naar voren komen in een blad.”
VRT-radiojournalist Guy Poppe heeft toch vragen: “Deze samenwerking is een onderdeel van de concentratie- en commercialiseringsbeweging, een proces dat in heel de pers aan de gang is. Dat is niet onschuldig. De ervaring leert dat het onverbiddelijk op media afstraalt als ze opgaan in commerciële groepen. De Morgen (onderdeel van De Persgroep) is vandaag een totaal andere krant dan tien jaar geleden; Het Volk zal wellicht kapotgaan aan zijn opname in de VUM. Een goed redactiestatuut of de koppigheid van individuele journalisten kan niet op tegen die structurele krachten.”
De voorbeelden waar Poppe naar verwijst, verschillen op cruciale punten van de samenwerking die de nieuwe v.z.w. nu aangaat met Roularta. De Morgen is eigendom van De Persgroep en is er financieel erg afhankelijk van. Het nieuwe MoMag blijft eigendom van de NGO-wereld. Het krijgt geen geld van Roularta, maar zal integendeel betalen voor de geleverde diensten. Bovendien kan het blad bogen op vier verschillende geldbronnen: overheidssubsidies (bijna de helft van het jaarbudget), de financiële inbreng van de NGO’s, inkomsten uit advertenties en abonnementsgelden. Poppe: “Dat klopt. Dat geeft extra ruimte. Toch ben ik ervan overtuigd dat Roularta na twee jaar dit project op puur commerciële gronden zal evalueren. Als Roularta niet tevreden is, zal het ermee kappen of bijkomende eisen stellen. De vraag is of de organisaties achter het blad dan geld of overtuiging genoeg zullen hebben om er desnoods alleen mee verder te gaan.” Dat zal onder meer afhangen van de vraag of de ontwikkelings-NGO’s er tegen die tijd in slagen andere partners uit de andersglobaliseringsbeweging – de vakbonden in de eerste plaats, maar ook de milieubeweging en de vredesbeweging – te betrekken bij het project. Dat is expliciet de bedoeling, al beseft iedereen dat de financiële middelen ook daar niet overvloedig zijn.
Jozef De Witte vindt dat het nieuwe blad ook zichzelf ‘incontournable’ kan maken: “Dat kan op twee manieren. Ofwel omdat zeer veel Knacklezers het lezen, en op dat moment zal Roularta het niet makkelijk meer uit het aanbod kunnen nemen. Ofwel omdat er veel eigen abonnees zijn bijgekomen, en dat zal de uitgevers aansporen om ermee door te gaan. De sleutelvraag zal dus zijn: leest Vlaanderen het mondiaal magazine?”

Maak MO* mee mogelijk.

Word proMO* net als 2797   andere lezers en maak MO* mee mogelijk. Zo blijven al onze verhalen gratis online beschikbaar voor iédereen.

Ik word proMO*    Ik doe liever een gift

Met de steun van

 2797  

Onze leden

11.11.1111.11.11 Search <em>for</em> Common GroundSearch for Common Ground Broederlijk delenBroederlijk Delen Rikolto (Vredeseilanden)Rikolto ZebrastraatZebrastraat Fair Trade BelgiumFairtrade Belgium 
MemisaMemisa Plan BelgiePlan WSM (Wereldsolidariteit)WSM Oxfam BelgiëOxfam België  Handicap InternationalHandicap International Artsen Zonder VakantieArtsen Zonder Vakantie FosFOS
 UnicefUnicef  Dokters van de WereldDokters van de wereld Caritas VlaanderenCaritas Vlaanderen

© Wereldmediahuis vzw — 2024.

De Vlaamse overheid is niet verantwoordelijk voor de inhoud van deze website.