Elke twee uur sterft een kind in Soedanees vluchtelingenkamp

In Zamzam Camp, een van de grootste vluchtelingenkampen in de de Soedanese regio Darfur, sterft elke twee uur een kind door een gebrek aan hulpverlening. Vooral de situatie op het vlak van ondervoeding is ‘catastrofaal’, waarschuwt Artsen Zonder Grenzen.

Bijna een kwart van de kinderen in het kamp die door Artsen Zonder Grenzen (AZG) werden onderzocht, bleek acuut ondervoed te zijn. Van hen ervaarde 7 procent zelfs ernstige acute ondervoeding, waarbij kinderen veel te mager zijn voor hun lengte. Het is de meest zichtbare en dodelijke vorm van ondervoeding.

Bij kinderen tussen zes maanden en twee jaar oud waren de cijfers nog grimmiger: bijna 40 procent van hen was ondervoed en 15 procent had ernstige acute ondervoeding.

‘Kinderen met ernstige ondervoeding die nog niet zijn overleden, lopen een groot risico om binnen drie tot zes weken te sterven als ze geen behandeling krijgen’, zegt Claire Nicolet, die de noodhulp van AZG in Soedan coördineert. ‘Hun toestand is behandelbaar als ze naar een gezondheidszorginstelling kunnen gaan. Maar velen kunnen dat niet.’

Burgeroorlog

AZG roept op tot een massale mobilisatie van de internationale gemeenschap om levens te redden. ‘Wat we zien in Zamzam Camp is een absoluut catastrofale situatie’, zegt Nicolet.

AZG roept op tot een massale mobilisatie van de internationale gemeenschap om levens te redden.

Zamzam Camp telt momenteel meer dan 300.000 mensen. Het werd oorspronkelijk opgericht voor mensen die in 2003 op de vlucht sloegen voor etnisch geweld in het gebied.

In april vorig jaar brak er echter een bloedige machtsstrijd uit tussen de milities van de Rapid Support Forces en het Soedanese regeringsleger. Sindsdien is het kamp grotendeels afgesneden van humanitaire hulp, in de deelstaat Noord-Darfur zijn momenteel nog nauwelijks hulporganisaties aanwezig.

Hulp geraakt niet er plaatse

Vorige week trok ook het Wereldvoedselprogramma (WFP) aan de alarmbel over de situatie in Soedan. De VN-organisatie beschikt weliswaar over voedselpakketten in het land, maar krijgt ze niet ter plaatse vanwege de strijdende partijen.

‘Levensreddende hulp komt niet terecht bij degenen die het het hardst nodig hebben, en we ontvangen nu al berichten over mensen die sterven van de honger’, aldus een woordvoerder van WFP.

Daardoor lijden volgens het WFP zo’n zestien miljoen mensen honger, iets minder dan de helft van de bevolking. Bij meer dan vijf miljoen mensen, in de gebieden waar de gevechten het hevigst zijn, kan men spreken van een noodsituatie als gevolg van de honger.

Zo’n negen miljoen mensen zijn op de vlucht in eigen land vanwege het geweld, en naar schatting zijn al minstens 12.000 Soedanezen gedood in het conflict. Volgens Human Rights Watch is er sprake van etnisch geweld, waarbij vooral de niet-Arabische bevolking in de regio Darfur wordt geviseerd door de RSF-troepen.